Hij draagt een nieuwe jas. Gekregen, zomaar van iemand. Een tas met een overhemd en vier truien. Van iemands overleden broer. Goeie schoenen. De Roemeense Adrian Caranfel (41) krijgt nogal eens wat toegestopt als hij Straatnieuws staat te verkopen bij de ingang van de Jumbo in Soest-Zuid. “Dat is mijn werk. Ik vraag nooit, en ik ben al helemaal geen bedelaar”, zegt hij.
De mooie wereld van Adrian
Dat zegt hij niet omdat hij dat zo vaak hoort, maar alleen omdat mensen die hem niet kennen dat misschien mochten denken. “Ik krijg bijna nooit onvriendelijke reacties. Natuurlijk zijn er veel mensen die me negeren, of niet zien, maar die paar keer dat iemand me lastigviel of lelijk tegen me deed, ben ik al haast vergeten. Ja, één keer een man die aan mijn spullen zat en vervelende dingen tegen me zei. Maar ik ben niet bang voor negatieve reacties.”
Van zijn ouders heeft hij geleerd bescheiden en beleefd te blijven, altijd. “En eerlijk en betrouwbaar. Ik kijk nooit boos, ik kijk zo gewoon mogelijk. Ik zeg netjes goeiendag, laat mijn krant zien, maar dring het niet op. Ik vraag ook niet aan mensen of ze Straatnieuws willen kopen. Ik probeer vrolijk te zijn, respect op te brengen. Ik wil geen enkele vorm van agressie oproepen door de krant aan te bieden”, zegt hij.
Adrian woont al acht jaar in Nederland. Heeft nog geen officiële verblijfsvergunning. Woont alleen in een optrekje in Amersfoort. Heeft geen werk. Heeft geen opleiding gehad. Nauwelijks spaargeld. Zijn ouders leven niet meer, zijn enige zus is pas overleden en zijn enige broer leeft in Roemenië in een verpleeghuis in erbarmelijke omstandigheden in de armste provincie Moldavië, grenzend aan het gelijknamige nóg armere land. “Ik kom uit het dorpje Zorleni, bij de stad Barlad. Daar is helemaal niks.” Vrouw en kinderen heeft hij ook niet.
“Ik leef bij de dag”, zegt Adrian. Als het kan, komt hij op de fiets naar Soest. Anders met de bus. En als het niet gaat, blijft hij thuis. Soms zit het mee, vaak zit het tegen. Op een doordeweekse dag verkoopt hij misschien 4 of 5 krantjes. In een druk, zonnig weekend wel 12 tot 20. Reken maar uit: de netto-opbrengst is 90 cent per krant. Regent het, dan kan hij het wel schudden. Hij staat er nu al zo’n vijf jaar. Hoe lang nog weet hij niet. “Ik hoop ooit vast werk te krijgen. Nee, ik wil niet zwart werken. Maar ja, geen opleiding, geen diploma. Ik heb alleen m’n handen. Productiewerk of zo zou ik kunnen doen.”
Meermalen krijgt hij wat toegestopt. Soms schieten de tranen hem in de ogen als hij een broek krijgt, of een jas; of als hij iets eetbaars krijgt. “Nederlanders zijn goed. Overal kom ik goedheid tegen”, zegt hij ontroerd. Het houdt hem op de been. Daarom slijt Adrian niet alleen zijn dagen. Hij treedt de dagen open tegemoet, op zoek naar een beetje menselijkheid, een praatje dat zijn dag verlicht. Hij glimlacht een volmaakt gebit bloot, wat zijn vriendelijke uitstraling vergroot. “Dit is niet mijn eigen gebit. Ik had nog maar een paar tanden. Hier heb ik heel lang voor gespaard”, zegt hij. “Ik maak graag een grapje, dan moet je niet tegen één tand aankijken.”
Soest-Zuid kent hem al zo goed dat er enkele jaren geleden 750 handtekeningen voor nodig waren om zijn plekje te mogen behouden. Op Facebook kwamen er maar liefst duizenden steunreacties. “Veel mensen vinden me aardig. Ik denk wel 80 procent”, zegt hij met een brede glimlach. “Soms vragen ze om even op hun kind of hun hond te passen, of op een kar propvol boodschappen, want ze weten dat ik nooit iets zal pikken. Ik ken ook veel mensen. Soms zegt een vrouw: ‘Heb jij m’n man gezien?’, en dan weet ik het vaak wel. En als ik iets niet goed begrijp, zeg ik gewoon: ja, ja en probeer te luisteren.”
Adrian is opgegroeid in de Roemeens-Orthodoxe Kerk, in de tijd dat Roemenië nog zuchtte onder het hardvochtige regime van Ceaucescu. “Ik was dertien jaar toen de revolutie uitbrak en hij werd doodgeschoten. Veel kan ik me er niet van herinneren, tv hadden we niet. Maar de kerk zit nog in me. Ik bid elke ochtend. Ik ga naar de Orthodoxe Parochie in Amersfoort. Ik denk dat God mij hoort. God helpt niet altijd, maar Hij geeft wel kracht. Ik kan dankbaar zijn en dan ben ik gelukkig.”
Paspoort
Adrian Caranfel is geboren in Roemenië. Hij verkoopt in winkelcentrum Soest-Zuid de Straatkrant om in zijn onderhoud te voorzien.
Tekst: Piet van Dijk
Beeld: Jaco Klamer
Ontvang VUUR gratis
VUUR toont geloof en passie van bekende en niet-bekende Soesters. Het tijdschrift verschijnt 4x per jaar en wordt uitgegeven door de Protestantse Gemeente Soest.
Reageren niet mogelijk.